Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [19]Van hetzelve zal [20]de hoeksteen, van hetzelve zal [21]de nagel, van hetzelve zal de strijdboog, te zamen zullen van hetzelve [22]alle drijvers voortkomen. 19. Van, of uit het huis van Juda, dat is de kerk zelve zal God zijn volk met voorstanders verzorgen. Anders: van Hem, te weten, van den Heere, namelijk tot beschutting van zijn volk. 20. Hebr. de hoek. Zie Zef.1:16 de aantekening aldaar, en Zef.3:6. De oversten des volks worden ook in 1 Sam.14:38; Jes.19:13, hoeken genoemd. 21. Of, pin, te weten met welke men de tenten uitspant en vastmaakt, hier betekenende overste, gelijk Jes.22:23,25. Doch hier inzonderheid krijgsoverste, gelijk blijkt uit de naastvolgende woorden. 22. Hebr. alle, of elk drijver.